NL
66
Voor informatie over de bediening
t
blz. 30
Het contrast van het beeld instellen.
De scherpte van het beeld instellen.
Zie blz. 31, 73.
(Contrast)
P S A M
+ ( )
Naar +: Het contrast wordt groter.
Normaal
– ( )
Naar –: Het contrast wordt kleiner.
A.G.C.S. (Advanced
Gradation Control System
(geavanceerd regelsysteem
voor kleurtinten)) ( )
Als het onderwerp door het tegenlicht donker is en geen
kleurtinten vertoont, of als het onderwerp egaal van kleur is,
zoals bij lucht en wolken, kunt u met deze functie de licht/
donker-verhouding aan de hand van de scène aanpassen om
zodoende een betere kleurverdeling te verkrijgen.
• Als de flitser afgaat, werkt de A.G.C.S.-functie niet. Als u met
behulp van de A.G.C.S.-functie een onderwerp opneemt dat zich
buiten het bereik van de flitser bevindt, moet u de flitserfunctie
instellen op (Niet flitsen).
(Scherpte)
P S A M
+ ( )
Naar +: Het beeld wordt scherper.
Normaal
– ( )
Naar –: Het beeld wordt waziger.
(Setup)
P S A M
Kommentare zu diesen Handbüchern