Opnemen
Opnemen
29
Automatische aanpassing herstellen
Druk op IRIS of stel de schakelaar AUTO
LOCK in op AUTO LOCK.
b Opmerking
• Als u de schakelaar AUTO LOCK instelt op AUTO
LOCK, worden andere handmatig aangepaste items
(gevoeligheid, sluitertijd, witbalans) tijdelijk ook
automatisch aangepast.
• Wanneer u de zoomfunctie verschuift van W
(groothoek) naar T (tele-opnamen), wordt het
diafragma gewijzigd van F1,6 in F2,8.
z Tip
• U kunt de draairichting van de irisregelaar selecteren
met [IRISKEUZE] in het menu (OVERIGE)
(p. 65).
• De iris is van grote invloed op de diepte van het
gebied waarin u kunt scherpstellen op een object. Dit
is het bereik van de scherpstelling. Als de iris ver is
geopend, is het gebied waarin u kunt scherpstellen
kleiner. Is de iris gesloten, dan is dit gebied groter.
Stel de iris in op basis van het doel van de opname.
De gevoeligheid aanpassen
Pas de gevoeligheid handmatig aan wanneer
u donkere of zwarte objecten opneemt en
AGC (automatische beheerfunctie voor
gevoeligheid) niet wilt activeren.
1 Stel tijdens het opnemen of in de
wachtstand de schakelaar AUTO
LOCK in op de middelste positie om de
automatische vergrendeling uit te
schakelen.
2 Druk op GAIN.
De huidige waarde voor gevoeligheid wordt
weergegeven.
3 Stel de schakelaar GAIN in op de
gewenste positie.
Er zijn 3 gevoeligheidsniveaus (H, M, L)
beschikbaar.
U kunt de waarde voor de verschillende
posities instellen met [GAIN INST.] in het
menu (CAMERA INST.) (p. 54).
De standaardinstellingen voor de
afzonderlijke posities zijn 18 dB (H), 9 dB
(M) en 0 dB (L).
Hoe hoger de gevoeligheidswaarde, hoe
helderder het beeld.
Automatische aanpassing herstellen
Druk op GAIN of stel de schakelaar AUTO
LOCK in op AUTO LOCK.
b Opmerking
• Als u de schakelaar AUTO LOCK instelt op AUTO
LOCK, worden andere handmatig aangepaste items
(iris, sluitertijd, witbalans) tijdelijk ook automatisch.
Kommentare zu diesen Handbüchern